Een grote meerderheid (74%) van Nederlandse beleggers en spaarder pleit voor invoering van het vak ‘financiële huishoudkunde’. En kortetermijndenken zit Nederlanders danig de weg en belemmert succesvol beleggen. Dit blijkt uit het Robeco Nationaal Beleggingspeil. Dat is een periodiek terugkerend onderzoek waarbij het beleggerssentiment in kaart wordt gebracht.
Het Robeco Nationaal Beleggingspeil bewoog ten opzichte van de laatste meting (eind september 2016) zelfs van 96 naar 93. “De Nederlander laat zich blijkbaar niet gek maken door de beurs”, aldus Léon Cornelissen, hoofdeconoom bij Robeco.
“Dat de beurs omhoog blijft gaan en dat de Nederlander het sentiment niet klakkeloos volgt, toont aan dat ze ten aanzien van beleggen een gezonde, nuchtere houding hebben. Daar zijn wij uiteraard alleen maar blij mee, want deze beleggers mikken duidelijk op de lange termijn.”
Zelf niet tevreden over kennis
Naast vragen over het sentiment worden er elk kwartaal ook vragen over actuele thema’s gesteld. In dit geval onder meer of de ondervraagden (spaarders en beleggers) tevreden zijn over het niveau van de financiële kennis van de Nederlander. Velen vinden dat daar nog het nodige aan schort: slechts 16% denkt dat Nederlanders voldoende kennis hebben om succesvol te kunnen beleggen. “Dit getuigt ook weer van nuchterheid. Kennis over sparen krijgt als gemiddeld rapportcijfer een 7, tegenover beleggen een 5,2. Maar bij sparen is de materie eenvoudiger”, aldus Cornelissen.
Een grote meerderheid (74%) van de Nederlanders pleit voor invoering van het vak ‘financiële huishoudkunde’. “Daar wordt al decennia over gesproken”, reageert Cornelissen. “Maar concreet gebeurt er niets. Gezien de impact van financiële beslissingen is een vak ‘financiële huishoudkunde’ wat mij betreft zeker geen overbodige luxe”, zo stelt de Robeco-hoofdeconoom. “Ook al is dat natuurlijk nog geen garantie voor een leven zonder financiële blunders.”
Maar hoe wordt de kans op succesvoller beleggen groter? Respondenten geven in groten getale (51%) aan dat kortetermijndenken Nederlanders in de weg zit om succesvolle beleggers te zijn. “Een waarheid als een koe. Wij propageren bij Robeco altijd de langetermijnvisie. Dat houdt ook in: niet bij iedere schok in paniek raken en alleen periodiek aan portefeuille-onderhoud doen.”
Dus net zoals men zijn auto één keer per jaar naar de garage breng, moet men ook, bijvoorbeeld elk jaar in januari, kijken of je beleggingsmix nog wel klopt met de doelstellingen en het risicoprofiel.” Na een goed aandelenjaar zoals 2016 moet de balans tussen aandelen en obligaties wellicht worden rechtgetrokken, aldus Cornelissen.
Het kan verkeren
Voor 2017 verwacht Cornelissen in Nederland een voortzetting van de huidige opgaande lijn in de economie. Hij voorziet voor Europa de nodige politieke risico’s. Maar hij verwacht dat de euro het jaar 2017 gaat overleven. “De belangrijkste katalysator van onrust in de eurozone zou een verkiezing van Marine Le Pen tot president van Frankrijk zijn, maar dat lijkt onwaarschijnlijk. Dus gaat Europa volgens mij vrolijk verder, ook zonder het Verenigd Koninkrijk.”
Economisch gaat het volgens de econoom goed en we moeten afwachten wat de gevolgen zijn van het presidentschap van Donald Trump. “Komt er bijvoorbeeld een conflict met China, dan krijgt iedereen daar vroeg of laat last van.”
De Amerikaanse markt karakteriseert Cornelissen momenteel als erg eenzijdig gefixeerd. “De economie die het in deze wereld het minst nodig heeft, wordt het meest gestimuleerd. De focus is op infrastructuur, belastingverlaging en deregulering. Andere aspecten, zoals de toekomst van Obamacare en van het milieu worden volkomen genegeerd”, zo stelt Cornelissen.
“Men is opeens erg positief over Trump, terwijl in de aanloop naar de verkiezingen de beurs nog iedere keer omlaag schoot als Trump in de polls dichterbij Clinton kwam.” Nederlanders werd in de peiling gevraagd of ze na de Nederlandse verkiezingen in maart een zakenman als premier willen, in navolging van Trump in de Verenigde Staten. De uitkomsten: 21% wil een zakenman, 29% niet en 37% antwoordt neutraal (13% weet het niet). “Ik denk dat er ook hier sprake is van een gezonde scepsis, een eigenschap die vele Nederlandse spaarders en beleggers kenmerkt”, besluit Cornelissen.
