Voorzichtige lange termijn-beleggers ontwijken vaak de blootstelling aan Chinese activa, maar China kan niet meer genegeerd worden. Dat stelt Mo Ji van het Strategy & Economic Research team bij Amundi.
“Wij verwachten een een vertraging gevolgd door stabilisatie, dan weer een stuk vertraging en wederom stabilisatie – totdat de maximaal potentiële groei is bereikt.” De vraag is dan waar het volgende stuk vertraging ligt. “Dat zou wel een bij het uiteenspatten van de vastgoedzeepbel kunnen zijn. Dit zou in gang gezet worden op het moment dat de grondprijzen hoger worden dan het potentiële rendement voor ontwikkelaars. Een vastgoedzeepbel leidt tot kredietzeepbel. Dit zou leiden tot een harde landing voor China, en voor de hele wereld.”
En waar liggen dan de kansen? “De grootste kans ligt in milieu-gerelateerde investeringen om klimaatverandering tegen te gaan. De recente smog in China heeft erop gewezen dat de kwaliteit van leven in China onder druk staat. Dit betekent dat beleggers in China een groter deel van hun portfolio dienen bloot te stellen aan groene thema’s.”
Een ‘bearish’ houding ten aanzien van de Chinese economische groei is momenteel de consensus gezien het dalende bevolkingsdividend (ratio actieven/inactieven). De vraag is echter wanneer dit weer zal stijgen. Door versoepeling van de éénkindpolitiek kende 2016 het hoogste geboortecijfer in 15 jaar, en daarom zou een stijging in dit dividend zichtbaar kunnen zijn binnen 15-25 jaar.