‘Weinig groeipotentieel voor Amerikaanse obligatierente’

0

De aandelenmarkten zitten in een dip door ingrijpend nieuws op het politieke front en tegenkrachten in de economische cijfers. In het licht van de dynamiek van de inflatie en de massale shortposities in de VS zien wij nog weinig stijgingspotentieel voor de Amerikaanse obligatierente.

'Weinig groeipotentieel voor Amerikaanse obligatierente'Ons basisscenario voor de groei, inflatie en obligatierente is relatief gunstig, maar volgens ons is dat nu al grotendeels ingeprijsd. Wij denken dat de markten ondanks toenemende staartrisico’s in een vrij goede uitkomst blijven geloven. We blijven dus voorzichtig in onze assetallocatie.

Het vertrouwen van Amerikaanse consumenten, producenten en huizenbouwers ging fors omhoog. Hetzelfde geldt nu ook voor het kleinbedrijf dat het lastig had in de aanloop naar de verkiezingen, maar amper twee maanden later volledig van de klap is hersteld. Het consumentenvertrouwen daalde licht in januari, maar staat nog altijd op het hoogste niveau sinds de recessie.

Vertaalt die hoop zich in feiten en zullen de reële indicatoren dus eveneens stijgen? Een dergelijk sterk signaal van de voorlopende indicatoren valt moeilijk te ontkennen, maar zoals we eerder al zegden, vragen we ons af waar een snellere groei vandaan moet komen. De opleving van de NFIB-index was niet echt een weerspiegeling van wat het kleinbedrijf echt doet om de activiteiten uit te breiden. De detailhandelsverkoop was gemengd in nominale termen en zwakker in reële termen.

Industrie Eurozone doet het goed

In de eurozone deed de industriële productie het goed, in lijn met de positieve toon van de inkoopmanagersindices (PMI’s) voor de verwerkende industrie en ons positief standpunt voor de regio. Dat was hoofdzakelijk te danken aan een sterkere productie in Duitsland, Frankrijk, Italië, Nederland en Spanje.

Het past ook in het plaatje van een verwerkende industrie die wereldwijd opleeft. In de opkomende markten was dat vooral merkbaar in Latijns-Amerika waar de groei op jaarbasis weliswaar negatief blijft, maar in veel mindere mate dan voorheen, en in Azië waar de groei echter in hogere mate die van de afgelopen jaren evenaart.

Wij zien twee grote aanjagers voor de wereldwijde verwerkende industrie: enerzijds de technologiecyclus in Azië en anderzijds de voorraadcorrectie, vooral in de VS.

Markten drukken pauzeknop in

Hoewel uit onze indicatoren niet blijkt dat er een einde aan de risicobereidheid komt, stegen aandelen niet langer. Echt verrassend is dat niet na de recent sterke rally in de meeste markten en het politieke nieuws dat ze moeten verteren.

In Japan drukte een kentering in de dalende trend van de yen op aandelen. In China gaven aandelen wat terrein prijs door onrust op de obligatie- en geldmarkten nadat de overheden zich bereid toonden om het tempo van de beursintroducties te verhogen in een context van twijfel over de vereiste liquiditeit. Al met al bevestigt dit ons standpunt dat China problemen heeft om zijn schulden te financieren.

In de VS kwam er nu echt schot in het resultatenseizoen met de rapporten van grote banken. Per saldo waren hun winstcijfers beter dan verwacht, vooral dankzij hogere inkomsten uit de handel in vastrentende producten en valuta’s. De verwachtingen voor dit resultatenseizoen zijn wat hoger gespannen dan die voor de afgelopen kwartalen, maar laag genoeg voor positieve verrassingen. Toch staan een sterke dollar, hoge waarderingen en staartrisico’s volgens ons de komende maanden een verdere forse stijging van Amerikaanse aandelen dankzij goede winstcijfers in de weg. Vandaar onze onderweging in aandelen uit de ontwikkelde landen.

Door de gedeeltelijke afwikkeling van ‘Trump trades’ die gebaseerd zijn op de veronderstelling dat een hogere groei en inflatie gunstig zijn voor aandelen en grondstoffen en ongunstig voor staatspapier en de opkomende markten, liepen de risicospreads van de opkomende markten in. De risicospreads op bedrijfsobligaties waren stabieler omdat ze al erg laag zijn. In staatsobligaties sloten we onze longpositie in Amerikaanse staatsobligaties versus staatsobligaties uit de eurozone.

Er zijn nog politieke risico’s in de eurozone, maar het Italiaanse referendum ligt nu achter ons en de verlenging van het programma voor activa-aankopen van de ECB tot eind dit jaar beperkt de risico’s. In het licht van de dynamiek van de inflatie en de massale shortposities in de VS zien wij nog weinig stijgingspotentieel voor de Amerikaanse obligatierente.

Deel dit artikel

Over de auteur

Joost van Leenders

Joost van Leenders is hoofdeconoom bij het Multi Asset Solutions Team van BNP Paribas Asset Management.


Kennispartners

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies om u de beste surfervaring te geven. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op 'Accepteren' hieronder, dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten